Hoe maak je een databedrijf benaderbaar en toch gravitas? Kan het boeiend en toch gezaghebbend, wijs en toch cool zijn? Dit zijn de impliciete spanningen die in NY zijn gebaseerd Grietje heeft geworsteld in zijn branding van moduseen data-intelligentie en technologie bedrijven die hun aantrekkingskracht willen vergroten. Grietje heeft een merkidentiteit gevestigd die triomfantelijk en zuiver is. Het compenseert de tegenstrijdigheden die zo vaak ontstaan als een bedrijf in opmars is.
Gretel heeft de mooiste kleuren genomen – bosgroen – en het hoofdpalet getrokken uit complementaire tonen. Het bureau laat zien dat kwaliteitsbranding hier in de particulars zit met combinaties die fris en onverwacht aanvoelen. Bosgroen fungeert als een anker in combinatie met knapperig appelgroen. Dit wordt op zijn beurt weer verstoord door een lichter, bijna (maar niet helemaal) neongroen. Dit hangt allemaal samen met wat de richtlijnen omschrijven als een ‘licht arseengroen’.
Het resultaat is een selectie van duotonen die steeds veranderend en ‘goed verlicht’ aanvoelen. Dit is een contrastrijk en daardoor toegankelijk palet. Gretel slaagt er in haar paringsregels in om niet op BP (het energiebedrijf) te lijken. Een secundair palet zorgt voor verdere verstoring – roze, blauw en paars. Hoe onverwacht deze kleuren ook aanvoelen, ze worden allemaal gedempt door hun pasteltint, waardoor de paletuitbreiding levendig maar niet dom aanvoelt.
Interessant is dat ‘verschuivende modi’ worden genoemd als het kerngedrag van het identiteitssysteem. Het rastersysteem zorgt inderdaad voor een vloeiende dans van grafische elementen. Vierkant maar met afgeronde hoeken (of anders gezegd rationeel maar heat), verschuiven de grafische elementen op een solide en ritmische manier om elkaar heen. Inderdaad, zelfs het brand zelf is dynamisch bewegen met een ‘gokautomaat’-voldoening. Het is opgebouwd uit het variabele lettertype WT Zaft² door WiseType, welke maakt animatie mogelijk op foundation van verschuivende gewichten en diktes, wat speelsheid geeft aan de klassieke typemachine-inspringingen.
Verdere grafische elementen worden met een vergelijkbaar impact gebruikt. Getallen worden bijvoorbeeld overdreven in onevenredige gewichten en verder afgerond. Op schaal geplaatst en alle andere elementen overschaduwend, voelt de nummering hier bijna aan als groteske maar mooie lichamen. Door de overdrijving kunnen de andere elementen, zoals body-copy, kalm en verstandig zijn qua lay-out en vorm; vasthouden aan kolom en raster zonder te verschuiven of te verontrusten. Het is een mooie demonstratie van evenwicht door spanning. De identiteit bepaalt ook het nieuwe uiterlijk van het platform en wordt verder uitgebreid om instruments in communicatie en advertising te visualiseren met behulp van het robuuste systeem.
Gretel beweert ‘de strategische positionering van het merk bouwt voort op Mode’s optimisme voor een nieuw tijdperk van enterprise intelligence’ en hoewel het niet de meest gedurfde kijk op dit thema is, ben ik geneigd het ermee eens te zijn. In zekere zin verbindt de merkstem dit allemaal met elkaar. Het doel is om het productaanbod toegankelijk te maken en tegelijkertijd het diepgewortelde idee dat data-analyse droog is uit te dagen. Inderdaad, de merk-ID werkt, web als de merkstem, om een gevoel van inventiviteit en avontuur te bieden. De elementen werken samen om ‘beeld’ uit informatie te suggereren en door ‘beeld’ komt duidelijkheid, gemak en durf ik het te zeggen – vreugde.